originele ideetjes

Voor je kunt gaan trouwen, moet je eerst in ondertrouw gaan. Dit houdt in dat je aangifte doet van je huwelijk. Voor deze aangifte ga je naar het gemeentekantoor in de gemeente waar jij of je partner woont, ook als je hier niet in het huwelijk zal treden. Je kunt op z’n vroegst een jaar en op z’n laatst twee weken voor je trouwdag in ondertrouw gaan.

De ondertrouw wordt vaak al als grote gebeurtenis gezien, omdat het paar zich hierna officieel bruid en bruidegom mag noemen, maar meer dan een administratieve handeling is het niet. Het is niet eens verplicht om samen aangifte te doen. Als je wilt kun je de aangifte soms zelfs schriftelijk doen.

Voor je aangifte kunt gaan doen van het huwelijk, zul je eerst een paar officiële papieren moeten hebben. Bij de gemeente zal men namelijk vragen naar een afschrift van je geboorteakte. Deze kun je halen in je geboorteplaats. Daarnaast wil de gemeente een uittreksel uit het persoonsregister waarop je identiteit en burgerlijke staat staan. Dit uittreksel is te krijgen in je huidige woongemeente.

Ben je al een keer eerder getrouwd, dan wil de ambtenaar op het gemeentehuis ook een afschrift van de echtscheidingsakte of als je weduwe bent, een overlijdensakte.

Hebben jullie al deze documenten verzameld, dan kan er een afspraak gemaakt worden op het gemeentehuis. Zo’n afspraak is nodig omdat de akte van tevoren gemaakt wordt en hierop moet de datum van ondertrouw vermeld moet worden. Als je een afspraak maakt, geef je ook meteen de plaats door waar je gaat trouwen.

Op de dag dat je in ondertrouw gaat, kun je meteen een aantal andere zaken regelen. Zo is dit het moment om je getuigen op te geven. Bij het gemeentekantoor zal de medewerker de naam, voornamen, geboortedatum en meestal ook een kopie van een identiteitsbewijs willen hebben.

Het is gebruikelijk om op de dag van je ondertrouw het trouwboekje en de trouwakte te betalen zodat dit je huwelijk niet meer in de weg kan sta